27 oktober: Duitse slachtoffers - walcheren40-45

Hans K., Luitenant ter zee van de vaste Marine Luchtdoelartillerie afdeling (M.Fla.A.) 810 en de mobiele marine artillerie afdeling 202 (M.A.A. 202), opgetekend in krijgsgevangenschap.
“Het lijk van Leich (gesneuveld op 7 oktober) spoelde pas ongeveer 3 weken later aan (rond 27 oktober) aan de overkant (Zeeuws Vlaanderen) van het eiland op hoger gelegen droog land. Met behulp van een radioauto ontdekt, daarna werd het lichaam met een boot naar Vlissingen overgebracht en op een heldenkerkhof naast het station begraven. De familie werd op de hoogte gebracht maar of die brief ten gevolge van inundatie van het eiland nog naar Duitsland kon worden overgebracht is erg twijfelachtig.
Het tweede weliswaar vermiste maar zonder twijfel dode slachtoffer, was de M.A. soldaat 1e klasse Hermann  Fiedel  destijds circa 50 jaren oud, gehuwd met mevrouw Anna F. te Niedersalzbrunn, district Waldenburg in Silezië. Ter motivatie van deze bewering voer ik het volgende aan: in het begin van de genoemde grote aanval lieten de manschappen van het 2 cm kanon hals over kop de schuilplaats in de steek om in de naast gelegen bunker van een andere marine-batterij bescherming te zoeken. Het 2cm kanon lag circa 100 meter van de batterij af. Aan het einde van de aanval ontbraken in mijn batterij slechts twee mannen: de onderofficier bij de marine  Leich en  soldaat 1e klasse Fiedel.  Navraag bij de manschappen van het 2 cm kanon gaf als resultaat te zien dat Fiedel niet in de bunker van die andere marinebatterij is gezien. Hij bleef vanaf die tijd spoorloos. Ook in gevangenschap ben ik hem nooit meer tegengekomen.”